donderdag 28 september 2006

Inzicht

Door Huub van Dongen

In Boxtel is een aantal fanatieke Dubbelschakers al jaren bezig jonge kinderen schaken te leren. Zo gauw ze een beetje kunnen lezen en schrijven, kunnen basisschoolkinderen op de jeugdafdeling terecht. De spelregels zijn zo geleerd en dan gaan ze al gauw met rasse schreden vooruit. Dankzij de gerenommeerde Stappenmethode van de KNSB, ontstijgen de kinderen meestal al snel het niveau van papa en mama. Alle basistrucjes hebben ze na een jaar of twee onder de knie. Ze geven niets meer weg en bouwen de partij degelijk op.

Het moge duidelijk zijn dat het daarmee nog niet meteen goede schakers zijn. Daarvoor dienen de rekenvaardigheden nog jarenlang getraind te worden. En het strategische inzicht kan alleen groeien als er veel wordt uitgelegd en nog meer wordt gespeeld. Dan zie je het soms ineens doorbreken. Voor de begeleiders is dat bijna een emotioneel moment.

Onlangs speelden Sjors Cooijmans en Roel Koemeester in de Dubbelschaak jeugdcompetitie een partij waarin ze lieten zien dat ze tot de echt gevorderden beginnen te horen.



Opgave 141 stelt twee vragen naar aanleiding van hun partij. Sjors speelde in deze stelling 1. Pe8-d6+. De Fritz Engine die ingebouwd is in ChessBase, een handig programma om schaakpartijen te bewaren, geeft als beter alternatief 1. b2-b4 aan. Nu is die Fritz geen kleine jongen: hij was bijvoorbeeld jarenlang wereldkampioen bij de pc-programma’s. En toch had Sjors het veel beter begrepen dan Fritz! De vraag aan de lezers van deze rubriek: waarom is 1. b2-b4 fout? En hoe bewees Sjors twee zetten later dat hij het doorhad?

Helaas voor hem maakte Sjors in het vervolg nog een paar foutjes, waarna Roel in een dame-eindspel met een heel slimme manoeuvre won en zo zíjn inzicht bewees. Maar foutjes zijn niet erg. Die maakt iedereen wel eens. Zelfs de wereldkampioen onder de pc-programma’s. Volgende week kom ik nog een keer op de partij tussen Sjors en Roel terug. In het pionneneindspel ontstond enkele zetten later een prachtig moment. Zo mooi, dat we de WK-match tussen Topalov en Kramnik maar aan de landelijke media overlaten.



De wel heel minimale stelling uit opgave 140 van vorige week is een zogenaamd retro-probleem. De vraagstelling is een beetje ingewikkeld: wit neemt één zet terug, zwart neemt één zet terug, en dan doet zwart een zet zodat wit mat kan geven. De oplossing is simpel: Wit neemt 2. Kg6xTh5 terug (hij had dus een zwarte toren op h5 geslagen). Zwart neemt 1. … Th8xDh5 terug. In plaats daarvan speelt hij 1. ... 0-0, waarna 2. Dh5-h7 mat volgt.

Deze schaakrubriek staat voortaan ook op een weblog in www.dubbelschaak.nl. U vindt er tips en kunt er u commentaar kwijt. En tot 5 oktober ook uw oplossing van opgave 141.

1 opmerking:

Huub van Dongen zei

Heb je er al op gelet hoe moeilijk het is voor de witte koning om binnen te dringen in de zwarte stelling. Daar moet je maatregelen voor nemen! Dat is de enige tip die ik kan geven.