donderdag 8 oktober 2009

Holistisch denken

Jan Smuts was geen kleine jongen. Hij was vele jaren premier van Zuid-Afrika en beklede diverse andere ministersposten. In het Britse leger bracht hij het tot veldmaarschalk. Na de Tweede Wereldoorlog had hij een groot aandeel in de oprichting van de Verenigde Naties. En als filosoof was hij de grondlegger van het holisme.

Het is niet zo gemakkelijk het holisme in het kort uit te leggen zonder in platitudes te vervallen. “Het geheel is meer dan de som der delen”, is er zo één. Feit is in elk geval dat het holisme de afgelopen decennia gegijzeld is door allerlei alternatievelingen, therapeutentypes en nieuwe-tijdstheoretici. “Alles hangt met alles samen”, is hun paradigma, een waarheid als een Kaapse buffel en minstens zo moeilijk om mee te werken.

In de politiek is de wazige vruchteloosheid van het new-agedenken inmiddels gemeengoed. De Westerschelde kan niet worden uitgediept zonder een polder te ontpolderen om op die manier natuur aan te leggen. Er wordt kennelijk aan een groter geheel gedacht, maar de eenvoudige reductionist, die met de poten in de klei staat, ontgaat de portee. Zo kunnen er in Boxtel ook geen spoortunneltjes aangelegd worden zonder verkeersplan inclusief noordelijke ontsluitingsweg, parkeervisie, groendoelstellingen, plattelandsplanologie en weet ik wat allemaal nog meer. Zo wordt ieder dossier encyclopedisch, terwijl voor probleem en oplossing samen een A-viertje volstaat.

Het schaakspel heeft een mooie begrensde werkelijkheid. Zelfs daar groeien de complicaties de denkers boven het hoofd als ze in grote gehelen blijven hangen. Alleen door de problematiek te analyseren en dan stapje voor stapje aan oplossingen te werken, boekt de schaakspeler vooruitgang. Als er mat dreigt, moet hij daar eerst iets aan doen; de verovering van een vijandelijk pionnetje kan dan beter even worden uitgesteld. Het is al heel wat als hij ergens in zijn achterhoofd het grote geheel koestert (hij dekt mat zonder zijn stelling te verzwakken). Wie zich constant het geheel voor ogen houdt, ziet niets. Het is te groot. We moeten het in mootjes hakken en symptomen bestrijden, dan voelen we ons beter. En in elk geval doen we dan veel betere zetten.

Opgave 288 komt uit een oude partij tussen Teichmann en Schlechter. Iedere rechtgeaarde schaker denkt hier meteen aan het grote geheel: de jacht op de zwarte koning, beginnend met 1. Ld5xf7+ Kg8xf7 2. Pf3-g5+. Dan moet echter het analytische denken beginnen. De zwarte koning heeft vier zetten, die een voor een moeten worden afgehandeld. Analyseer als laatste 2. … Kf7-g8 3. Dd1-h5 Pe7xf5 4. Dh5xh7+ Kg8-f8 5. Dh7xf5+ Kf8-g8. Daar moet u iets bijzonders ontdekken. Een visionaire zet waar u misschien zelfs een beetje holistisch voor moet denken.
In de stelling van opgave 287 besliste Nezhmetdinov met zwart de partij met 1. … Df4xh2+ 2. Kh1xh2 Ph5-g3+ 3. Kh2xg3 f5-f4 mat.

Alle informatie over de beoefening van het schaakspel in Boxtel en omgeving vindt u op dubbelschaak.nl.

Geen opmerkingen: