Dinsdag 26 mei staat in Grand Café Rembrandt het snelschaakkampioenschap van Dubbelschaak op het programma. Voor wie liever geen urenlange partijen speelt, is het een mooie gelegenheid om een keer mee te doen. Ook niet-leden zijn welkom. Maar vergist u zich niet: snelschaken met maar vijf minuten bedenktijd per persoon per partij is een uiterst inspannende en slopende activiteit. Het is een kwestie van ultieme concentratie. Bovendien kunnen de emotie hoog oplopen, vooral als er stukken worden omgestoten, of wanneer iemand in een dooie remise stelling de tegenstander door zijn bedenktijd probeert te jagen. Vooral als het ergens om gaat, zoals een clubkampioenschap, gieren bij de meeste spelers de zenuwen door de keel. U begrijpt het al: snelschaken is ook voor de toeschouwer een fantastisch tafereel. U bent van harte welkom.
Heel anders gaat het er aan toe als geroutineerde schakers voor hun plezier in het café snelschaken. Dan gaat het er vooral om verrassende trucs uit te halen en tegelijkertijd met allerlei praatjes de tegenstander om de tuin te leiden. Je kunt dan de gekste opmerkingen horen: “Ben ik aan zet?” “Doet ie dat echt?” “Dat heb je niet gezien hè!” “Ja, hoor, het is weer klaar!”
Afgelopen zaterdag ging het eerste team van Dubbelschaak na de wedstrijd tegen Stein eten bij de Italiaan op Fellenoord. Over de wedstrijd was iedereen gauw uitgepraat. Toen kwamen, zoals het mannen onder elkaar betaamt, allerlei cabaretteksten aan bod. Vooral Koot en Bie bleken nog goed in de herinnering te liggen. De ultieme verzetsdaad van hun gebroeders Gé en Arie Temmes, die in de oorlog een Duister de verkeerde kant op stuurden toen hij naar het station vroeg, wekte weer veel hilariteit op.
Later op de avond werd er bij een van de spelers thuis nog even gesnelschaakt onder het genot van flink wat bier en wijn. Wie er mee begon, weet ik niet meer, maar al gauw werd bij iedere verrassende zet door alle aanwezigen “Do ist der Bahnhof!” geroepen. Want daar gaat het natuurlijk om bij snelschaken: de tegenstander de verkeerde kant op sturen.
In een vluggertje met één minuut bedenktijd kregen Bronstein en Spassky na 13 zetten de stelling van opgave 240. Wit speelde verrassend 1. Te1xe6! Kd7xe6 2. Pc3xd5! Zwart zit opeens in een moeilijk parket. 2. … Pxd5 3. Df5+ Ke7 4. Df7 is mat. Spassky speelde 2. … Pc6xd4 3. Df3-e3 Ke6xd5. Het is nu mat in twee en u mag er zo lang over nadenken als u wilt.
Opgave 239 van Bondarenko illustreert fraai de kracht van een Zwickmühle. Wit wint steeds een tempo om weer een stuk te pakken. 1. Tg8-h8+!! Kh7xh8 2. Tc5-c8+ Kh8-h7 3. Lf7-g8+ Kh7-h8 4. Lg8-xe6+ Kh8-h7 5. Le6-g8+ Kh7-h8 6. Lg8xd5+ Kh8-h7 7. Ld5-g8+ Kh7-h8 8. Lg8xc4+ Kh8-h7 9. Lc4-g8+ Kh7-h8 10. Lg8-xb3+ Kh8-h7 11. Lb3-g8+ Kh7-h8 12. Lg8xa2+ Kh7 13. La2-g8+ Kh7-h8 14. Lg8-b3+ Kh8-h7 15. Lb3xf7+ en wit wint gemakkelijk.
Wie nu nog niet begrijpt hoe leuk schaken is, kan maar beter geen lid worden van de club. Anderen verwijs ik voor alle informatie over de beoefening van de schaaksport in Boxtel graag naar dubbelschaak.nl.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten