donderdag 18 september 2008

Operationele handelingen

Naar aanleiding van de schaakrubriek van twee weken geleden, wees een lezer me erop dat naast strategie en tactiek in de bedrijfskunde het zogenaamde ‘operationele handelen’ wordt beschreven. Bij het operationele handelen worden de beslissingen voor de korte termijn genomen en de strategische en tactische plannen uitgevoerd.

In het schaakspel is het niet anders. De grootmeester kan allerlei strategische ideeën hebben over het verloop van de partij op de langere termijn, hij kan allerlei tactische complicaties hebben uitgerekend, er komt een moment dat hij een zet moet doen. Zelfs dan kan er nog van alles misgaan.

Soms worden er onreglementaire zetten gedaan of wordt het verkeerde stuk vastgepakt. Er vallen stukken om, men vergeet de klok in te drukken. Iedere geoefende schaker kent het verschijnsel dat hij soms per ongeluk een zet doet die hij pas enkele zetten later had willen spelen. Een heel pijnlijke blunder, want zo wordt alles wat het brein bedacht heeft door een gebrekkige oog-handcoördinatie te niet gedaan. De emoties kunnen hoog oplopen.

Daarom zijn de operationele handelingen in het schaakspel, net als in het bedrijfsleven, streng gereglementeerd. Wie een stuk aanraakt, is verplicht ermee te zetten. Een zet terugnemen mag niet. Men moet met dezelfde hand waarmee men zet, de klok indrukken. En de zetten moeten worden genoteerd om alles correct terug te kunnen zetten als er iets omvalt.

Godfried Bomans dreef in zijn verhaal Wat denkt een meester ervan? uit de bundel Buitelingen de spot met de bureaucratie. “De Russische schaker Reshewsky had een vakje in zijn schaakbord uitgezaagd en weer met een scharnier op zijn plaats gebracht. Onder de tafel had hij nu een touwtje bevestigd, waaraan hij slechts behoefde te trekken om het vijandige stuk, dat zich op het vierkantje bevond, in een gewatteerd zakje te doen verdwijnen. Zijn tegenstander Euwe protesteerde bij de spelleider, die er de statuten op na sloeg, en jawel hoor, daar stond het: ‘Het heimelijk doen verdwijnen van stukken in een gewatteerd zakje onder de tafel is niet geoorloofd.’”

Opgave 239 komt van Stappenmethode.nl, waar iedere dag acht nieuwe opgaven staan ter lering en vermaak. Zwart aan zet wint.


Opgave 238 is een studie van Prokes die er de regel van het vierkant mee illustreert. Om remise te maken, moet wit pion h7 stoppen. Opmerkelijk genoeg moet hij eerst de andere kant op: 1. Kd8-c8! (dreigt a6-a7-a8) Kd6-c6 2. Kc8-b8! (dreigt weer op te rukken) Kc6-b5 3. Kb8-b7 Kb5xa5 4. Kb7-c6 h7-h5 5. Kc6-d5 en de witte koning staat in het vierkant van de zwarte pion en haalt hem dus precies op tijd in.

Alle informatie over het schaken in Boxtel vindt u op de Dubbelschaak-website. Onder 'reacties' kunt u uw commentaar en oplossing van de opgave van de week kwijt.

Geen opmerkingen: