donderdag 26 februari 2009

De Schaal van Euwe

Wie schaken leert, komt er al gauw achter dat het ene stuk sterker is dan het andere. De dame is een machtig wapen dat vreselijk kan huishouden over het hele bord. Een pionnetje daarentegen, stelt niet zo veel voor. Maar hoe verhoudt de kracht van de verschillende stukken zich eigenlijk tot elkaar?

Om de relatieve waarde (of ruilwaarde) van de stukken aan te geven, zijn in het verleden allerlei tabellen gemaakt. De handigste is de Schaal van Euwe. Niet dat de ruilwaardes door Euwe zijn ontdekt, maar onze wereldkampioen presenteerde het een en ander wel lekker overzichtelijk in zijn leerboeken. In de Schaal van Euwe is de pion de eenheid. Loper en paard hebben een waarde van drie eenheden. Een toren vijf. En een dame negen. ‘Ceteris paribus’ voegt hij daar nog aan toe, wat zo veel wil zeggen als ‘onder vergelijkbare omstandigheden’.

De laatste decennia lijkt het er in de schaaksport echter op dat de Schaal van Euwe helemaal op de schop moet. Met name het krachtsverschil tussen toren en loper of paard, het kwaliteitsvoordeel in schaakjargon, lijkt door de topgrootmeesters heel anders te worden geïnterpreteerd. De Sovjetgrootmeesters uit de school van Botwinnik introduceerden de zogenaamde ‘Russische kwaliteitsoffers’. Die werden veelal in gesloten stellingen gespeeld, maar Kasparov bewees dat het ook in dynamische en open stellingen kan. En inmiddels ruilt Topalov in bijna iedere partij een toren tegen een loper of paard. Het lijkt soms wel of hij nooit van de Schaal van Euwe heeft gehoord of een totaal andere tabel hanteert.

Ik kan u echter gerust stellen. Ook de wereldkampioenen vinden een toren heus nog wel ongeveer even sterk als een loper en twee pionnen. Alleen hebben zij een veel beter begrip van het vage ‘ceteris paribus’. Zij zien in bijna alle stellingen precies datgene wat de positie bijzonder maakt. Alleen in heel bijzondere omstandigheden is een paard of loper soms net iets handiger dan een toren. De kracht van de topgrootmeesters is nu juist dat ze heel bewust naar zulke stellingen toe spelen. En dan valt de Schaal van Euwe aan diggelen.


In Sofia wordt op dit moment de halve finale van het wereldkampioenschap gespeeld: een match over acht partijen tussen Vesselin Topalov en Gata Kamsky. Opgave 259 komt uit een partij Topalov-Kamsky in 2006. Veertien zetten eerder offerde Topalov een kwaliteit. Nu beslist hij de partij. Ziet u hoe?


Opgave 258 was een fraai eindspel van Emanuel Lasker. Wit wint met 1. Kb8 Tb2+ 2. Ka8 Tb2-c2 Zwart had tijdens de laatste twee zetten geen keuze wegens de promotiedreiging. 3. Tf6+ Ka5 4. Kb7 Tb2+ 5. Ka7 Tc2 De geschiedenis herhaalt zich een paar keer, waarbij de zwarte koning wordt teruggedreven. 6. Tf5+ Ka4 7. Kb7 Tb2+ 8. Ka6 Tc2 9. Tf4+ Ka3 10. Kb6 (dreigt 11. Txf2) 10. .. Tb2+ 11. Ka5 Tc2 12. Tf3+ Ka2 en nu komt de aap uit de mouw: 13. Txf2! en wint.

Alle informatie over het schaken in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl.

donderdag 19 februari 2009

Een voorgift

Dr. Emanuel Lasker (1868-1941) was schaakwereldkampioen van 1894 tot 1921. Dat hij de titel ooit verloor, is de enige smet op zijn carrière; hij hoorde tot kort voor zijn dood tot de absolute wereldtop.

Over Lasker doet een merkwaardig verhaal de ronde. Op een passagiersschip onderweg van Europa naar de Verenigde Staten zag Lasker dat de kapitein een schaakstelling zat te analyseren. Lasker ging naar hem toe en vroeg waarom hij in zijn eentje speelde. De kapitein vertelde dat niemand tegen hem wilde schaken omdat hij veel te sterk was en hij nodigde Lasker uit voor een partijtje. Om het krachtsverschil te compenseren zou de kapitein Lasker een dame voorgeven.

Lasker deed zijn uiterste best de partij niet al te opzichtig te verliezen. Dat lukte en hij eiste onmiddellijk revanche. Alleen wilde hij het zelf nu wel eens zonder dame proberen, want dat was kennelijk heel gunstig. Dan had de koning immers meer ruimte en kon je eerder lang rokeren. Lasker hield die belachelijke redenering zo lang vol tot de kapitein toegaf. U begrijpt zijn lot. Lasker won. De kapitein kwam pas weer bij zinnen toen Lasker zich bekendmaakte.

In het schaakspel doen allerlei verhalen de ronde over voorgiftpartijen. De tegenstander van de beroemde Duitse schaakheld uit de 18e eeuw Adolf Anderssen vroeg nadat hij met een dame meer had verloren of Anderssen misschien de ‘echte’ Anderssen was. “Nee”, verklaarde Anderssen: “De echte Anderssen geeft mij weer een dame voor”.

In werkelijkheid is het bijna niet te doen. Alleen tegen absolute beginners die in het wilde weg materiaal weggeven heeft de expert met een dame minder nog enige kans. Het is alsof je je met je onderneming in het economische verkeer moet begeven, terwijl je ineens dertig procent van je vermogen mist. Zoals we allemaal weten is het al erg genoeg als de economie er drie en half procent op achteruit gaat.


Van Lasker is ook een fantastische eindspelstudie bekend. Opgave 258: wit speelt en wint. De oplossing lijkt op een verhaal dat steeds in herhalingen valt om dan ineens tot een verrassende frappe te komen.


In de competitiepartij Van Rijsewijk-Tom van Stiphout kon zwart hier de winst forceren met 1. … b4-b3+! 2. a2xb3 (of 2. Kb1 Pb4!) 2. … a4-a3! 3. Kc2-b1 Pd3-b4! en de zwarte pion loopt door.

Alle informatie over het schaken in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl.

donderdag 12 februari 2009

Rechtsongelijkheid

Vorige week dinsdag ontstond zowel in de hoofdgroep van het Corustoernooi in Wijk aan Zee, als op de clubavond van Dubbelschaak enige commotie rond een tijdnoodincident. In beide gevallen stond de scheidsrechter met de handen in het haar. Maar waar in Wijk aan Zee de zaak in der minne werd geschikt, werden er in de Boxtelse kwestie door de KNSB-competitieleider zware sancties opgelegd.

Op het professionele niveau ging het zo. De Azerbeidjaanse grootmeester Teymour Radjabov was in zijn partij tegen Nederlands kampioen Jan Smeets in grote tijdnood geraakt. Van zijn bedenktijd voor de eerste veertig zetten, had hij nog maar enkele seconden over, toen hij bij het uitvoeren van de 39e zet een stuk omstootte. Uiteraard moet een speler die de stukken omgooit in zijn eigen bedenktijd de stelling herstellen, maar in plaats daarvan beukte hij in grote haast op de klok. Dat mag natuurlijk niet. Smeets volgde zijn voorbeeld en gaf zonder een zet te doen een ram op de klok, een onder snelschakers heel gebruikelijke actie om de tegenstander te dwingen eerst de stukken recht te zetten. Daarop overschreed Radjabov de toegestane bedenktijd.

Winst voor Smeets zou je denken. In het FIDE-reglement bleek echter te staan dat Smeets de klok stil had moet zetten. Geconfronteerd met twee overtredingen, wist de wedstrijdleider niet wat hij moest besluiten. Gelukkig greep de hoofdscheidsrechter van het toernooi in: hij stelde voor het conflict in der minne te schikken. Radjabov en Smeets konden er smakelijk om lachen, gaven de partij remise en gingen als vrienden uit elkaar.

In Boxtel ging het om een snelschaakpartijtje. Het moest de beslissing brengen in een KNSB-bekerwedstrijd tussen Dubbelschaak en Pion Groesbeek. Zoals vorige week beschreven overschreed Dubbelschaker Guido Jansen de toegestane bedenktijd. Zijn tegenstander merkte dat niet, maar werd daar door een teamgenoot op geattendeerd. Die flapte er de schaakkreet "vlag" uit, van puur enthousiasme, maar het is een overtreding van de regels. Ook hier wist de scheidsrechter niet wat te doen. Na enig geharrewar werd overeengekomen de competitieleider van de KNSB een beslissing te laten nemen.

Die vond waarschijnlijk dat je die amateurs stevig moet aanpakken. De wedstrijd werd voor Dubbelschaak verloren verklaard wegens tijdsoverschrijding. Maar tot verbijstering van alle betrokkenen werd de Groesbeekse flapuit voor anderhalf jaar geschorst. Daar is vanuit Boxtel onmiddellijk tegen geprotesteerd, waarna de straf is teruggebracht tot drie wedstrijden. Moet je daar in het voetballen je tegenstander niet voor doormidden schoppen?


Tijdens de competitiewedstrijd tussen de tweede teams van Dubbelschaak en Eindhoven won Tom van Stiphout met zwart een lastig eindspel na 1. … Pd3-c5. Zoals hij direct na afloop zelf aangaf, had hij sneller kunnen winnen. Opgave 257: hoe?


In Van Dongen-Molenkamp beantwoordde wit 1. … Lg4xf3 verrassend met 2. d5xc6!! Lf3xg2 3. c6xb7 en nu komt de aap uit de mouw. 3. … Lxh1 kan niet wegens 4. Dc6+. In de partij volgde: 3. … Ta8-b8 4. Ta1-d1 Dd8xd1 (of 4. … Df6 5. Dxc7 en wint) 5. Ke1xd1! en wit won snel.

Alle informatie over het schaken in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl.

Gelijkspel kost Dubbelschaak koppositie

Wedstrijd ontsierd door grove fouten

Schaken is een moeilijk spel. Meestal echter maken de spelers van het eerste team van Dubbelschaak in de competitie duidelijk dat ze er jarenlang hard op gestudeerd hebben. In de wedstrijd tegen het zwakke De Drie Torens uit Tilburg leken er bij Dubbelschaak echter een paar absolute beginnelingen aan het bord te zitten.

Al na een kleine twee uur spelen viel de eerste beslissing. De geroutineerde en meestal oerdegelijk Michel van der Stee ruïneerde zijn eigen stelling met een totaal incorrect stukoffer. Zijn tegenstander had er geen enkele moeite mee, waarna Dubbelschaak tegen een achterstand aankeek.

Rob van Meurs topscorer van de KNSB

Veel zorgen maakten de aanwezige supporters zich echter nog niet. Op bijna alle andere borden kon Dubbelschaak op voordeel bogen. En vlotte overwinningen van Rob van Meurs en Guido Jansen brachten Dubbelschaak al snel weer op voorsprong. Rob van Meurs voert met een score van 5 uit 5 de KNSB-topscorerslijst aan. Hij heeft een toernooi-prestatie-rating van maar liefst 2397; in een internationaal toernooi zijn drie puntjes meer voldoende voor een officiële meesternorm.

Met een voorsprong op het scorebord gaven Michiel Luijpen en Hans Heijstek niet veel later hun stellingen remise. Achteraf bezien hadden ze waarschijnlijk graag doorgespeeld want ze hadden beide licht voordeel. Ze konden echter niet voorzien dat Peter Boll in tijdnood mat in vier zou missen en vervolgens in remise moest berusten. Evenmin kon iemand bevroeden dat Martien van der Meijden een vrij eenvoudig eindspel met een pion meer remise zou laten lopen. En dat Huub van Dongen een totaal gewonnen stelling nog zou verliezen, was helemaal onwaarschijnlijk.

Vier blunders

Van Dongen had met zwart op het eerste bord in een koningsgambiet zijn tegenstander totaal overspeeld. Het had beide spelers allemaal behoorlijk veel tijd gekost, maar behalve op het bord had Van Dongen ook groot voordeel op de klok. Vier kolossale fouten brachten daar verandering in, waarna hij het resterende eindspel, waarschijnlijk vooral door zijn eigen onhandige spel, na zes uur spelen en honderd zetten gewonnen moest geven.

4-4 is een zeer teleurstellende uitslag tegen hekkensluiter De Drie Torens. In de 6e ronde staat het gesponsorde talententeam van D4 uit Oosterhout op het programma. Er zal heel wat beter gespeeld moeten worden om in die uitwedstrijd de kampioenskansen in stand te houden.

Overige uitslagen

Dubbelschaak-2 boekte ondertussen een even verrassende als verdiende 4½ - 3½ overwinning op Eindhoven-2. Vooral de overwinning van Franck Steenbekkers was erg overtuigend. Dubbelschaak-3 verloor met 1½ - 6½ fors van Nuenen. Dubbelschaak-4 won met 3½ - 2½ van WLC-3 uit Eindhoven. Uitgebreide wedstrijdverslagen van alle teams en de individuele uitslagen vindt u hier.

donderdag 5 februari 2009

Spelregels

In de schaaksport heeft de scheidsrechter zelden iets te doen. De spelers zetten keurig om de beurt. De scheidsrechter zit aan een apart tafeltje, waar hij een boek leest of een cryptogram oplost. Pas in de tijdnoodfase, als de spelers in grote haast hun zetten doen, komt hij even kijken. Maar ook dan gebeurt er zelden iets dat de spelers niet zelf oplossen. Als de scheidsrechter echter wel in moet grijpen, is het meteen goed mis.

Vorige week dinsdag liepen de emoties in het clublokaal van Dubbelschaak hoog op. Tot een handgemeen kwam het niet, maar er vielen rake woorden. Er was duidelijk gezondigd tegen de spelregels. De scheidsrechter stond erbij en keek ernaar. Maar niemand wist wat hij zou moeten besluiten. Wat was er aan de hand?

Het was nacht. De Petrustoren had net twaalf uur geslagen en de KNSB-bekerwedstrijd tussen Dubbelschaak en Groesbeek was na een spannende avond schaak geëindigd in 2-2. In zo’n geval moeten vier snelschaakpotjes met slechts vijf minuten bedenktijd de beslissing brengen. Zouden die ook in 2-2 eindigen, dan was Dubbelschaak, wegens een overwinning op het eerste bord, geplaatst voor de volgende ronde. En daar zag het naar uit, want bij een stand van 2-1 voor Groesbeek was Guido Jansen enkele zetten verwijderd van mat. Op dat moment overschreed Jansen echter als eerste de toegestane bedenktijd. Maar zijn tegenstander zag dat niet en speelde door. Mat geeft in zo’n geval de doorslag, maar voordat het zo ver kwam, riep een andere Groesbeek-speler, nota bene de teamcaptain: “Vlag!”. Dat is schaakjargon voor tijdsoverschrijding.

Zoiets is een doodzonde in het wedstrijdschaak. Het lijkt nog het meeste op voorzeggen. Maar wat moet de scheidsrechter doen? De Groesbeker die de regel overtrad, was zelf al uitgespeeld. Volgens de spelregels moet hij daarna beschouwd worden als toeschouwer. En voor toeschouwers is de sanctie hooguit dat ze uit de zaal worden gezet. Zijn actie had de kansen van Jansen en daarmee van Dubbelschaak natuurlijk wel om zeep geholpen, maar in de spelregels kon niemand een rechtvaardiging vinden om de partij voor Groesbeek verloren te verklaren. Een tijdstraf slaat nergens op als alles slechts om secondes gaat. Overspelen is nauwelijks een optie na middernacht als de tegenstander nog terug moet naar Groesbeek. Maar wat dan?

Uiteindelijk nam de scheidsrechter geen beslissing. In overleg met de spelers en hun teams werd besloten de zaak voor te leggen aan de competitieleider van de KNSB. Die heeft het er kennelijk ook maar moeilijk mee, want nu, anderhalve week later, is er nog steeds geen officiële uitslag bekend. Wie weet valt het nog gunstig uit. Maar ik vrees het ergste.


In de partij tussen Huub van Dongen en Wim Molenkamp aan het eerste bord van de hierboven beschreven wedstrijd staat wit na 1. … Pd4 2. Pxd4 exd4 3. Dd3 uitstekend. Zwart had echter op de tussenzet 1. … Lg4xf3 gerekend. Hoe forceerde wit nu de winst?


Opgave 255 van vorige week: in Mecking-Rocha, Mar del Plata 1969, volgde 1. Dd7-d1! Db2xc3 2. Ta1-b1+ Kb8-a7 3. Dd1-d4+!! Dc3xd4 4. Pe5xc6 mat.

Alle informatie over het schaken in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl.