donderdag 25 juni 2009

Dame-eindspel

In het onlangs verschenen zesde nummer van het halfjaarlijkse periodiek Matten staat onder de titel 64 vragen aan een interview met Hans Böhm. Dat aantal is natuurlijk geïnspireerd op de velden van het schaakbord, maar om het boeiend te houden, was het misschien verstandiger geweest om uit te gaan van Boter, Kaas en Eieren. Wie het interview gemaakt heeft, staat er niet bij. Misschien iemand van de schoolkrant?

Vraag 42 luidt: “Heb je voor je schaakrubriek in De Telegraaf een voorbeeld?” Volgens mij is het heel onbehoorlijk om zoiets te vragen aan een schrijver. Zelfs schaakrubriekjescolumnisten zoals ik kunnen moeilijk zeggen dat ze eigenlijk iemand imiteren. Böhm antwoordt: “Nee, daarin kies ik mijn eigen weg. Je moet voor een groot publiek schrijven (…). Ik zag eens een rubriek in Trouw, die ging over een dame-eindspel, dame plus pion tegen dame. Daar zit meneer De Vries niet op te wachten.”

Trouw heeft vorig jaar de schaakrubriek geschrapt. Daarvoor werd de rubriek jarenlang verzorgd door oud-Boxtelaar Herman Grooten. Ik ken het betreffende stukje niet, maar Herman heeft er inderdaad wel eens een handje van veel te schaaktechnisch te worden. En dame-eindspelen zijn inderdaad wel heel erg moeilijk en saai. Zou hij er daarom uit zijn gegooid?

Een dame op een leeg schaakbord heeft minimaal 21, maximaal 27 mogelijke zetten. In een dame-eindspel hebben beide spelers zo’n dame. De koningen, ieder 3 tot 8 zetmogelijkheden, lopen net als de pion de dames in beetje in de weg. Een stuk of 25 zetten heeft iedere speler in een dame-eindspel echter al gauw. U snapt wel dat het menselijke brein, als het in zo’n situatie een paar zetten vooruit wil kijken, al gauw schromelijk tekortschiet. 25 x 25 x 25 x 25 verschillende stellingen en dan hebben wit en zwart ieder pas twee zetten gedaan. Dat moet een mens anders aanpakken en die andere aanpak noemen schakers ‘strategie’. Zo kun je bijvoorbeeld door schaak te geven het aantal mogelijkheden van de tegenstander beperken. ‘Eeuwig schaak’ is voor de verdediger een aantrekkelijke remisekans. De koning van de partij met een pion meer zal op het bijna lege bord op zoek moeten naar een schuilplaats. Waarschijnlijk heeft Herman Grooten daar iets over willen uitleggen, daar is hij in gespecialiseerd.

Ik waag er me liever niet aan. Niet alleen omdat ik graag deze rubriek wil houden, maar ook omdat zelfs met dit soort richtlijnen het dame-eindspel een crime blijft. Alleen de moderne computertechniek heeft geen enkele moeite met dit type eindspel. Alle mogelijk stellingen van koning en dame plus pion tegen koning en dame zijn in een database gezet. De software bepaalt vervolgens feilloos wat de optimale speelwijze is. Sterker nog: van iedere stelling met maximaal zes stukken op het bord geeft deze software binnen enkele milliseconden de optimale spelvoering aan. En dat allemaal gratis op internet.


Pionneneindspelen zijn ook moeilijk, vooral als ze in een dame-eindspel uitmonden natuurlijk. In deze eindspelstudie van D. Joseph uit 1922 kan wit winnen. Wie de stelling invoert in de hierboven genoemde database, krijgt meteen de melding ‘win in 19’. Geen zetten, maar ‘plies’, halve zetten. Daarna is het dus bij wederzijds optimaal spel mat. Om het iets eenvoudiger te maken, geef ik al vast de eerste twaalf plies van de oplossing: 1. b5-b6+!! Ka7-b8!! 2. h2-h4 a6-a5 3. h4-h5 a5-a4 4. h5-h6 a4-a3 5. h6-h7 a3-a2 6. h7-h8D a2-a1D. Na 7. Dxa1 is het pat. Dat is de crux van zwarts verdediging. Aan u de vraag: hoe wint wit nu toch? De oplossing is overigens bepaald niet saai!


Het dameeindspel van opgave 275, het slot van een compositie van Kurt Eucken uit 1974, telt te veel stukken voor de internetdatabase. De oplossing is buitengewoon verrassend. 1. c2-c4!! Dat moet je dus in de beginstelling van Eucken van te voren zien aankomen. Slaat zwart de pion, dan is het mat. de meeste andere zetten kosten de dame. En anders loopt wit wel met zijn pion naar de overkant. Kijk maar:

A: 1. ... b5xc4 2. Df6-b6 mat.
B: 1. ... Dd5xc4 2. Df6-d6 mat.
C: 1. ... Kc5xc4 2. Df6-c3 mat.
D: 1. ... Dd5-a8 2. Df6-e5+ Kc5xc4 3. De5-c3+ Kc4-d5 4. Dc3-f3+ met damewinst.
E: 1. ... Dd5-h1 (of g2) 2. Dd5-e5+ Kc5xc4 3. De5-c3+ Kc4-d5 4. Dc3-c6+ met damewinst.
F: 1. ... Dd5-g8 2. Df6-e5+ Kc5xc4 3. De5-c3+ Kc4-d5 4. Dc3-b3+ met damewinst.
G: 1. ... Dd5-e4 2. Df6-f5+ De4xf5 3. g4xf5 en wits f-pion loopt door en promoveert net op tijd met schaak.
H: 1. ... Dd5-d3 (of d2) 2. Df6-c6+ Kc5-d4 ( 2. ... Kb4 3. Dxb5 mat) 3. Dc6-d5+ Kd4-e3 4. DxD KxD 5. c4xb5 met wits b-pion bereikt ruim op tijd de overkant.
Zal ik het voortaan maar iets eenvoudiger houden? Wellicht zit meneer De Vries hier niet op te wachten.

Alle informatie over de beoefening van de schaaksport in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl. De foto's bij dit bericht zijn van Karin Gottlieb.

donderdag 18 juni 2009

Bloggen

Volgens de traditionele media wordt in Iran het protest tegen de verkiezingsuitslag georganiseerd via internet. Blogger, Twitter, Facebook en natuurlijk YouTube schijnen een grote rol te spelen. Kennelijk is het niet mogelijk de genoemde faciliteiten stil te leggen zonder in het hele land het complete internet uit te schakelen en dat gaat zelfs de Iraanse autoriteiten te ver. Er staat veel lariekoek op internet, maar het medium is het toppunt van democratisering. Het biedt iedereen een eigen nieuwszender en de vrijheid van meningsuiting op het web is zelfs door de ayatollahs niet te onderdrukken.

Schakers weten dat natuurlijk al lang. Er is volop beeldmateriaal en de hoeveelheid verhalen is oneindig. Omdat de alfa’s die van de hoofdredacteurenschool komen het schaakspel saai en de schakers nerds vinden, weten we de traditionele media echter nauwelijks te bereiken. En daarom tiert de schaaksport welig op internet. Alle partijen van alle grote toernooien zijn live op internet te volgen. Er zijn tientallen internetschaakclubs waar je op ieder moment van de dag kunt inloggen om een potje te spelen tegen spelers uit alle uithoeken van de wereld. En miljoenen schakers twitteren, creëren netwerken, plaatsen schaakfilmpjes of leveren commentaar in een blog. Ook verschillende leden van Dubbelschaak. Zo heeft Karin Gottlieb een blog met nieuws en uitslagen van de jeugdafdeling, houdt Curd Claassen een blog bij over scheidsrechterlijke beslissingen in de schaaksport en verzamelt beginnend journalist Jasper van de Aa zijn schaakstukjes in een blog. Ook deze rubriek wordt iedere donderdag in een blog gepubliceerd, aangevuld met beeldmateriaal en oplossingen. Een overzicht van alle nieuws en weblogs van Dubbelschaak en de Dubbelschakers vindt u op dubbelschaak.nl.

Wat ging de communicatie moeizaam in die troosteloze grauwe tijden van weleer. In 1972 speelde ik voor het eerst mee in het Open Nederlands Kampioenschap. Ik sliep in een geïmproviseerde slaapzaal in een sporthal. Een paar bedden verderop logeerde de heer Ali Salehi Moghadan, een Perziër, die toentertijd in Keulen werkte. Het was een grappige man, die bij het snelschaken al zijn zetten met de luide kreet “Attaca!” begeleidde. Ik heb nooit contact met hem gehouden - gsm, msn en twitter bestonden nog niet -, maar in 1985, toen Khomeini de beoefening van het schaakspel in Iran had verboden, hoorde ik dat Nederlandse schakers hem New in Chess toestuurden. Daar schijnt hij nog voor opgepakt te zijn en in het schaakroddelcircuit werd toen gefluisterd over honderd zweepslagen. Naderhand heeft niemand ooit nog van hem gehoord, lijkt het wel. Zelfs via Google kan ik hem niet vinden. Misschien is het wel waar en heeft hij de afranseling niet overleefd. Maar ik hoop dat hij ergens clandestien zit te internetten. Hij zou nu vast bij iedere zet “Attaca!” chatten.



Opgave 275 komt uit een eindspelstudie van Kurt Eucken. In dame-eindspelen zijn soms heel verrassende wendingen mogelijk. Soms moet de koning tientallen zetten lang rennen voor zijn leven om aan de schaakjes van de vijandelijke dame te ontkomen en soms is het opeens afgelopen. In de diagramstelling lijkt de zwarte koning veilig te staan. Wat kan hem gebeuren met die mooie gecentraliseerde dame? Wit aan zet maakt het echter in een paar zetten uit. Hoe?



In De stelling van opgave 274 won Hans Bouwmeester na 1. ... Pe7-c6 met 2. Lg2xd5 Pc6xd4 3. Lh4-f6+ ( 3. Lf2 en 3. Ld8 winnen ook, maar de tekstzet is nóg handiger) 3. ... Kg7-f8 4. e5-e6! met stukwinst. Een betere verdediging lijkt 3. ... Kg7-g6 (blijft aan Lf6 plakken, zodat e5-e6 onmogelijk is), maar dan volgt 4. Ld5-e4+ Pd4-f5 en dan heeft zwart weliswaar even het paard gered, maar hij zit in een eeuwige penning waardoor hij have en goed verliest.

Alle informatie over de beoefening van de schaaksport in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl.

donderdag 11 juni 2009

Matten 6

Eén van de belangrijkste in schaken gespecialiseerde uitgeverijen ter wereld is New in Chess, een puur Nederlands bedrijf, dat ontstaan is uit Uitgeverij Andriessen. Van 1968 tot 1984 gaf Willem Andriessen het roemruchte tijdschrift Schaakbulletin uit. Schaakbulletin was een blad vol ‘hartversterkende schimpscheuten’, zoals de titel luidt van een bloemlezing die in 1985 werd samengesteld door Alexander Münninghoff. Vaste medewerkers waren Hein Donner, Jan Timman, Max Pam, Tim Krabbé, Hans Ree, Genna Sosonko en vele anderen. Maar Andriessen kreeg het hoog in zijn bol, vonden wij gewone schakers. Hij moest ons lijfblad zo nodig veranderen in een glossy. New in Chess zou het ‘magazine’ gaan heten en het werd ondergebracht bij Elsevier-Interventura.

Samen met Elsevier werd ook een International Chess Database opgezet. Zo’n beetje alle ooit gepubliceerde partijen werden opgeslagen in computerbestanden en gerubriceerd met behulp van een Opening Key. Job de Lange, die nu lid is van Dubbelschaak, heeft die openingsclassificatie helpen ontwikkelen. Met behulp van de database werd een Keybook van schaakpartijen uitgegeven: ruim 900 pagina’s, dicht bedrukt met zetten en diagrammen. Het sleutelboek werd aangevuld met zogenaamde Yearbooks, die eerste ieder half jaar verschenen en later elk kwartaal. Ondanks de aanvankelijke scepsis onder het Nederlandse schaakpubliek leek de onderneming een doorslaand succes. Het was onvoorstelbaar hoeveel studiemateriaal er ineens beschikbaar kwam. Tot Elsevier er onverwacht uitstapte.

Hoe Willem Andriessen en zijn team er in geslaagd zijn weet ik niet, maar de activiteiten werden voortgezet. En wat mogen we trots zijn dat dat een Nederlands bedrijf is.

Het magazine New in Chess ziet er nog altijd uit als een glossy, maar het is ook schaaktechnisch verreweg het beste tijdschrift dat wereldwijd verschijnt. De database van schaakpartijen is gratis te raadplegen op internet en nog steeds toonaangevend. Naast de jaarboeken verschijnt ook allerlei vakliteratuur. En sinds twee en een half jaar is er zelfs weer een Nederlandstalig periodiek: Matten, een soort Hard Gras met schaakverhalen die in de verte een beetje aan het goede oude Schaakbulletin doen denken, maar dan zonder zetten en diagrammen.. Het is verkrijgbaar bij de regulier boekwinkel.

Deze week is Matten 6 verschenen. Er staat een mooie foto in sepia van Humphrey Bogart en Lauren Bacall op de cover: het hoofdartikel van Guus Luijters over schaken in Hollywood is erg lezenswaardig. Ook Jan Timman en Hans Ree leven in het blad hun literaire ambities uit. De ware liefhebber vindt bovendien interviews met Hans Bouwmeester, Henrique Mecking en Hans Böhm. Zelfs het verhaal van ‘Terror Jaap’Amesz, over zijn schaakwedstrijd tegen Jan Werle in de Gouden Kooi, is van hoog niveau. Voor iedereen die ook maar een heel klein beetje van schaken houdt, is het een erg vermakelijke bundel.



Opgave 274 komt uit een partij van Hans Bouwmeester met wit. Zwart aan zet had hier beslist voor 1. … Kf8 moeten kiezen. Wit kan dan (nu of later) de zwarte d-pion winnen door op e7 te ruilen, maar daarna ontstaat een eindspel met ongelijke lopers dat beslist niet eenvoudig te winnen is. Zwart meende echter geen pion te hoeven verliezen en speelde 1. … Pe7-c6. Dat liep slecht af. Ziet u waarom?


In een partij Tal-Smyslov uit het Kandidatentoernooi van 1959 beantwoordde Tal in de stelling van de opgave van vorige week 40. ... Tg7-d7? uiterst verrassend met 41. Th6-f6!! Smyslov zal er beslist even over hebben moeten prakkizeren, maar hij gaf zonder verder te spelen op. Tegen de dreiging 42. Tf6-f8 is geen kruid gewassen.

Op dubbelschaak.nl vindt u alle nieuws over de beoefening van de schaaksport in Boxtel. Wilt u reageren, klik dan hieronder op 'reacties'.

donderdag 4 juni 2009

Joegoslavië 1959

De wereld vroeger en nu

Vijftig jaar geleden zag de wereld er heel anders uit. Het jaar 1959 begon met een staatsgreep op Cuba, waarmee Fidel Castro de macht overnam van Fulgencio Batista, een door de Verenigde Staten gesteunde dictator met nauwe banden met de georganiseerde misdaad, die al sinds 1933 een ongehoord corrupt schrikbewind voerde. Later dat jaar bereikte de Loenik-2 als eerste ruimtevaartschip de maan en korte tijd later maakte de Loenik-3 foto’s van de achterkant van de maan die keurig werden teruggezonden naar moeder aarde. Intussen had China in Tibet op bloedige wijze een opstand neergeslagen. En in Joegoslavië werd een Kandidatentoernooi gespeeld om uit te maken wie tegen de Russische superster Michaël Botwinnik mocht uitkomen in een match om het wereldkampioenschap schaken. Er eindigden vier andere Sovjet-toppers bovenaan.



Wie met de kennis van vandaag terugkijkt op 1959, ziet echter ook lichtpuntjes. De Sovjet-overheersing loopt de eerste krasjes op. Niet alleen wordt in Nederland de eerste Eurovisie uitzending op de televisie vertoond, niet veel later gevolgd door Sport in Beeld. Ook de barbiepop en de eerste Daf-personenwagen worden geïntroduceerd. En in Amsterdam wordt ’t Lieverdje onthuld. Bovendien beklimt Cliff Richard de hitladders met “Living Doll” en zet de Zangeres Zonder naam “Ach Vaderlief” op een grammofoonplaatje. En het geld kan niet meer op, want in Slochteren ontdekken we een gasbel. Maar de grootste bedreiging voor de Russen moet toch wel de 16-jarige Amerikaan Bobby Fischer geweest zijn, die in het kandidatentoernooi van Joegoslavië met zijn 5e plaats duidelijk bewees dat hij “The Best of the West” was.

We weten allemaal dat de decadentie het inmiddels heeft gewonnen van de totale almacht van de staat. Fischer werd jaren later wereldkampioen om vervolgens, net als bijna alles en iedereen, te verloederen. De televisie stuurt alle opinies aan en wie geen luxe wagen heeft of een ander veel te duur hebbedingetje is een loser. Wereldwijd worden liedjeszangers in de media voor vol aangezien, zijn schakers nerds en worden de politici in beeld gebracht als kneuzen die al blij mogen zijn als ze met hun helden mogen sms’en. Er is veel ten goede gekeerd, maar bepaald niet alles.

Beste lezer, het wordt tijd om de wereld te herorganiseren. Enige staatscontrole kan geen kwaad nu de bestuurders van banken en multinationals het machtsvacuüm blijken te gebruiken om de eigen zakken te vullen en de massa’s in armoe te storten. Overigens hebt u als u wilt een behoorlijke inbreng in die controle, want de regelgeving in Nederland en Europa bepaalt u zelf. Gewoon even via de Stemwijzer de partijprogramma’s lezen. En dan stemmen. Dat kan nog tot vanavond 21.00 uur. Een goede opkomst geeft politici een stevig mandaat. Dat hebben ze nodig, want er moet veel gebeuren om in Europa tot in lengte van jaren in harmonie van onze welvaart te kunnen blijven genieten. Daarna gaan we weer schaken.



Tal was in het Kandidatentoernooi van 1959 de grote man. Hij won met 4½ punt voorsprong en speelde heel enerverend. Met wilde combinaties, die achteraf vaak niet helemaal bleken te kloppen, bracht hij zijn tegenstanders in grote verwarring en vooral in tijdnood. Fischer kon daar absoluut niet mee omgaan, maar ook een volwassen grootheid als voormalig wereldkampioen Smyslov liep met zwart twee keer in het mes. Zo had hij in de diagramstelling van opgave 273 gemakkelijk kunnen winnen met 40. … Dd7 om op 41. Df8+ gewoon 41. … Tg8 te spelen. Hij deed echter 40. … Tg7-d7 en werd toen verrast door een uiterst venijnige zetje. Kunt u dat vinden?

Alle partijen uit het Kandidatentoernooi vindt u hier. Het schaakfilmpje komt van YouTube, en daar staan er nog veel meer.



De oplossing van opgave 272 van vorige week, komt uit een partij tussen Meindert van der Linde en Herman Grooten. 1. ... Txa1 2. Lxa1 Dc1 houdt zwart ongetwijfeld een aardig voordeeltje vast. Een kolfje naar de hand van strateeg Herman Grooten, zou je denken. Hij koos dit keer echter, terecht, voor een veel hardere aanpak: 1. ... Pf5-e3!! 2. f2xe3 (2. Dd3 Pxg2! loopt ook slecht af voor wit.) 2. ... Dg5xe3+ 3. Kg1-h1 Ta2-f2! 4. Df1-g1 De3-e2! De laatste twee zwarte zetten onthullen de pointe van de combinatie: er dreigt 5. .. Tf1 met winnend voordeel, en daar is niets aan te doen. In de partij volgde: 5. Pe1-f3 Lb7xf3 6. Ta1-e1 Tf2xg2! 7. Te1xe2 Tg2xe2+ en wit gaf op. Zoals Herman zelf in zijn boek aangeeft, was 7. ... Tf2+ 8. Dg2 Tf1 mat nog beter.

Alle informatie over de beoefening van de schaaksport in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl.