vrijdag 29 december 2006

De beste wensen

Door Huub van Dongen

Het was me het jaartje weer wel! Om ons heen zagen we een wereld vol oorlog en geweld en in ons land waren de catastrofes helemaal niet te overzien: de spellingshervorming stuitte op veel tegenstand, Frans Bauer kreeg last van een poliep en tot overmaat van ramp vielen de kijkcijfers van Talpa ook nog tegen. Als we nu voortaan eens een klein beetje minder zouden klagen en de creatieve energie die we zo besparen ten goede zouden laten komen aan … Ach vult u het zelf maar in. Desnoods gaat u lekker vreedzaam een potje zitten schaken. Om u op gang te helpen: vier schaakproblemen om gezellig op oudejaarsavond op te lossen. Ik wens u veel succes. Ook in het nieuwe jaar.



Wel eens van familieschaak gehoord? Dan moet opgave 1 een makkie zijn: wit speelt en wint.



Opgave 2 is een partijstelling: zwart is aan zet en hij kan winnen. Ziet u hoe hij dat aan moet pakken?


Ook opgave 3 is een partijstelling. Het ziet er heel bedenkelijk uit voor wit. Kan hij zich nog redden?


Opgave 4 is echt moeilijk: wit speelt en wint.

U kunt uw oplossingen kwijt onder 'comments'; gewoon 'anonimous' of 'others' aanvinken. U vindt er ook tips om tot de juiste oplossing te komen.

donderdag 21 december 2006

De kerstgedachte

Door Huub van Dongen

Het werd alsmaar donkerder, de afgelopen weken. De duisternis verhulde achterdocht en geweld. We waren wel gedwongen troost te zoeken in LED-lampjes, blingbling en bloedrode kitsch. En zo waar, het hielp. De dagen gaan weer lengen. Zelfs de nationale politieke impasse, die door de collectieve commentatoren steevast tot patstelling werd uitgeroepen, lijkt doorbroken. Als we nu onze kwaadaardige neiging onze medemensen te benadelen en hun domheid uit te buiten eens zouden sublimeren tot spitsvondige plaagstootjes tijdens een onschuldig bordspel, wat zouden we dan een mooie toekomst tegemoet gaan. Om u op gang te helpen: vier schaakpuzzels om gezellig in gezinsverband onder de kerstboom op te lossen.




Opgave 1 is een eenvoudig mat in twee. Als u het gevonden hebt, zet dan alle stukken één veld naar rechts en probeer het dan nog eens.




Opgave 2 komt volgens het verhaal uit een vluggertje tussen de wereldkampioenen Capablanca en Lasker. Hoe wint wit aan zet?



Opgave 3 is al een stuk lastiger. Eindspelcomponist Korolkov vraagt u in deze stelling de winst voor wit aan te tonen.



Opgave 4 is een partijstelling. Zwart aan zet speelde 1. … Tf8-d8. Is dat de goede zet?

Commentaar en oplossingen kunt u kwijt onder 'comments'; gewoon 'others' of 'anonimous' aanvinken als je zelf geen blogger bent. U vindt er ook tips.
Dubbelschaak verslaat koploper
Krachtsverhoudingen in competitie uiterst klein

Voorafgaand aan dit seizoen heeft Dubbelschaak de Koninklijke Nederlandse schaakbond verzocht in de competitie niet zoals gebruikelijk bij het zuiden ingedeeld te worden, maar bij midden-Nederland. Dat heeft als gevolg dat in iedere ronde tamelijk onbekende tegenstanders bestreden dienen te worden. De clubleiding heeft waarschijnlijk niet kunnen bevroeden dat de krachtsverhoudingen in deze poule zo gering zijn dat nauwelijks is te zeggen wie de kampioenskandidaten en de degradatieklanten zijn. Feit is dat Dubbelschaak na vier ronden met twee overwinningen en twee nederlagen in de middenmoot staat. Net als zo ongeveer iedereen.

In de vierde ronde trad Dubbelschaak aan tegen Utrecht-3, een team vol renommees dat tot afgelopen zaterdag alle wedstrijden had gewonnen. Tegen Dubbelschaak lukte dat bepaald niet. Na een remise van Peter Rijkers opende Ad Kleijberg de score met een gedegen overwinning op een veel te snel spelende tegenstander. Na een remise van Michel van der Stee en een nederlaag van Martien van der Meijden kwam er een 2-2 tussenstand op het bord en werd het stil in de speelzaal. Het zag er goed uit, maar het kon nog alle kanten op.

Net als in iedere sport heb je in het schaken wel eens een beetje geluk nodig. Dit keer zat het mee. In wederzijdse tijdnood speelde Guido Jansen, die duidelijk beter stond, een leuke combinatie om er een paar zetten later achter te komen dat zijn tegenstander een winnende tegentruc had. Die zag het echter niet en liet zich in paniek matzetten. En daarmee was het pleit beslecht. Michiel Luijpen speelde met wit namelijk een modelpartij tegen de Najdorf-variant. Zijn tegenstander kwam er niet aan te pas en Luijpen haalde ongeveer gelijk met Jansen de winst binnen: 4-2.

Dat clubvoorzitter Wil van Lankveld inmiddels verloren stond mocht de pret niet drukken, want Rob van Meurs, op het eerste bord ingevallen voor een grieperige Huub van Dongen, had al vanuit de opening het betere spel en er was geen denken aan dat hij nog in verliesgevaar zou komen. Grote klasse!

Tweede team op kampioenskoers

Intussen deden ook de Boxtelse reserves van zich spreken. In de Brabantse competitie werd de uitwedstrijd tegen het op papier zeer sterke Baronie-2 uit Breda met maar liefst 7½ - ½ gewonnen. Jammer genoeg kon Coen Sannen in tijdnood zijn voordeel niet verzilveren, anders was er een volmaakte score in de boeken bijgeschreven. Het tweede staat inmiddels twee matchpunten en drie bordpunten los op de nummer twee. Jammer genoeg moest Dubbelschaak-3 in Escharen in een nederlaag berusten.

Uitslagen:
Utrecht-3 – Dubbelschaak 3½ - 4½
1. Michiel Blok - Rob van Meurs ½ - ½
2. Andre Schenk - Michel van der Stee ½ - ½
3. Hans Duistermaat - Michiel Luijpen 0-1
4. Onno van Dijk - Guido Jansen 0-1
5. Arend van Oosten - Wil van Lankveld 1-0
6. Jos Nooijen - Martien van der Meijden 1-0
7. Pieter de Groot - Ad Kleijberg 0-1
8. Amindo Naarden - Peter Rijkers ½ - ½

Baronie-2 – Dubbelschaak-2 ½ - 7½
Het Kasteel – Dubbelschaak-3 4½ - 3½

donderdag 14 december 2006



Bronstein’s liefde voor het spel

Huub van Dongen

Op 5 december is in Minsk op 82-jarige leeftijd schaakgrootmeester David Bronstein overleden. Bronstein bracht in 1951 tot een match om het wereldkampioenschap, maar hij bleef als uitdager op 12-12 steken, waardoor Botwinnik de titel prolongeerde. Bronstein was een tovenaar voor wie andere wetten leken te gelden dan voor gewone stervelingen. Is het voor een doorsneeschaker al moeilijk genoeg om de grote lijnen van het spel te doorgronden, Bronstein had een feilloos gevoel voor de uitzonderingen: z’n lopers waren sterker dan torens, z’n paarden konden dames temmen, zijn koning stond veilig in het vrije veld.

Hoe groot Bronstein’s liefde voor het schaakspel was, blijkt behalve uit zijn spel ook uit de ervaringen van Dubbelschaker Guido Jansen. Guido Jansen was halverwege de jaren negentig toernooidirecteur van het Open Utrechts Kampioenschap. Omdat Bronstein vlak voor het Utrecht Open toch een toernooi in Nederland zou spelen, nam Jansen contact hem op. Bronstein was graag bereid ook in Utrecht te spelen, maar hij zei dat hij liever niet in een hotel, maar bij een schaker thuis wilde logeren. Hoewel Jansen’s studentenkamer daar eigenlijk niet geschikt voor was, nodigde hij Bronstein onmiddellijk uit. Die vond dat zo leuk dat hij af zag van het geboden startgeld.

Het Utrecht Open is een weekendtoernooi. Eén partij op vrijdagavond, drie op zaterdag en twee op zondag. Iedere partij duurt als het een beetje tegenzit vier en half uur. Maar dat was voor Bronstein lang niet genoeg. Hij wilde tot diep in de nacht de partijen van zijn gastheer analyseren en hij vond alles leuk en voorzag iedere partij van spectaculaire suggesties. Hij stond om zes uur op, zodat ze weer verder konden schaken. Ook tijdens het toernooi speelde hij puur voor z’n plezier en niet om te winnen. “Een normale voortzetting wint hier natuurlijk gemakkelijk”, zei hij op een bepaald moment tijdens een partij tegen Jansen, “maar ik heb een toren geofferd. Nu komen er leuke stellingen op het bord.”



De mooiste Bronstein-concepten zijn veel te moeilijk voor een eenvoudige schaakrubriek. In opgave 151 hierboven laat Bronstein met zwart aan zet zien dat je altijd nog een paar zetten verder moet kijken. Hoe wint zwart?


Opgave 151 is een mat in drie van Sam Loyd. Dat lukt alleen met 1. Dc4-f1! Er volgt nu steeds een dubbelaanval van de dame op veld h7 en de loper. Bijvoorbeeld: 1. … Lc3 2. Dd3 g6 3. Dxc3 mat. 1. … g3, om het mat met g2+ uit te kunnen stellen, faalt op 2. Pg6+ hxg6 3. Dh3 mat.

Onder 'comments' kunt u uw commentaar kwijt (gewoon inloggen als 'other' of 'anonimous') en u vindt er tips voor de oplossing van de opgave van de week.

donderdag 7 december 2006

Kogelstoten tegen een kanon

Huub van Dongen

Het is ruim twintig jaar geleden dat computers in eens een aardig partijtje bleken te kunnen schaken. Ze speelden heel anders dan een mens en dat is nog steeds zo. Computers gaan niet uit van strategische inzichten en overwegingen over sterke en zwakke velden. Ze genereren simpelweg alle mogelijke zettenreeksen en tellen in iedere stelling die ze daarbij tegenkomen gewoon of ze materiaal voorstaan of misschien per ongeluk mat hebben gegeven. Vervolgens wordt steeds de zet gespeeld, die de meest kansrijke zettenreeksen aanzwengelt.

Aanvankelijk moesten goede schakers hartelijk lachen over deze manier van spelen. Het had niets met schaken te maken, vonden de grootmeesters, en inderdaad schoven ze de computers met eenvoudige strategische middelen van het bord. Dat veranderde drastisch toen de computers sneller werden en de software geavanceerder. In 1997 slaagde Deep Blue, een serie parallel geschakelde supersnelle IBM-processoren, er in wereldkampioen Gary Kasparov in een match 3½ - 2½ te verslaan.

Afgelopen week was de laatste officiële wereldkampioen Vladimir Kramnik aan de beurt. Hij nam het op tegen Fritz-10, een gewoon commercieel pc-programma dat inmiddels ruim dubbel zo snel is dan de legendarische Deep Blue. Deep Fritz evalueert maar liefst 8 miljoen stellingen per seconde. En hij bekijkt vanuit iedere stelling zo ongeveer alle mogelijkheden zo’n tien zetten van beide spelers vooruit.

Het zou wel eens de laatste keer geweest kunnen zijn dat een topgrootmeester het tegen een computerprogramma heeft willen opnemen. De match was spannend en ging min of meer gelijk op. Alleen Kramnik verloor wel, want hij demonstreerde niet alleen de menselijke kracht, maar ook de menselijke zwakte. In de tweede partij maakte hij in een superieure stelling de grootste blunder uit zijn carrière: hij liet zich mat in één zetten. In de zesde partij nam hij wat extra risico in een poging de match alsnog gelijk te trekken en toen liet Fritz zien wat hij kan. In alle overige partijen zagen we Kramnik aan het roer, rustig de beste velden zoekend voor zijn stukken en strategisch duidelijk superieur. Maar dat bleek steeds net niet genoeg om Fritz te verslaan. Het kreng zag echt alles.

Opgave 150 is een driezet van Sam Loyd. Tim Krabbé geeft het probleem op zijn website http://www.timkrabbe.nl/ als illustratie bij het mat in één met Pf8 en Dh7 dat Kramnik over het hoofd zag.


Opgave 149, het helpmat in drie van Gerard Smits, kan alleen gerealiseerd worden met 1. Lh4-f6! Opgemerkt zij dat 1. Ld8 of 1. Le7 faalt op 1. ... D(x)e7 en de zwarte koning krijgt een vluchtweg op h4. 1. Lg5 werkt ook niet, want dan heeft zwart de verborgen vluchtroute 1. ... e4 2. Dd3+ (2. Te3+ kan niet want dan staat zwart mat!) e3! 3. Txg3+ Kxg3+ en het is geen mat omdat wit er nog net de dame tussen kan zetten. Na 1. Lf6 dreigt 2. Txg3+ Kxg3+ 3. Dg2+ en zwart moet wel 3. ... Lxg2 mat spelen. Zwart kan proberen die zelfmoordaanslag op verschillende manier te pareren.
A: 1. ... e4 2. Te3+ Kxe3 3. Dd3+ exd3 mat.
B: 1. ... Pg6-h4 of Pg6-f4 2. Dd3+ Dxd3 3. Txg3+ Kxg3 mat.
C: 1. ... Lg3-f4 of h2 2. Tg3+ Lxg3 3. Te3+ Kxe3 mat.

Commentaar en opmerkingen kunt u plaatsen in 'comment'. Heel simpel, gewoon 'other' of 'anonymous' aanvinken. Ook de oplossing van het probleem van de week kunt u onder 'comment' plaatsen. U vindt er zelfs een hint.

vrijdag 1 december 2006

Regels zijn regels

Door Huub van Dongen

Niets heeft in Nederland de laatste jaren voor zo veel verdeeldheid gezorgd als het adagium ‘Regels zijn regels’. Het wordt vooral gebruikt om weerzinwekkende besluiten tegen illegaal in Nederland verblijvende mensen te rechtvaardigen. Dat het daarbij niet zo zeer om regels, maar om interpretatie van regels gaat, wordt gemakshalve vergeten. En dat die interpretatie vaak in tegenspraak is met andere regels, variërend van elementaire fatsoensnormen tot internationaal vastgelegde afspraken over de rechten van de mens, komt helemaal niet bij de sympathisanten van rechts op. Er komt een moment dat ze in hun regels-zijn-regelsweb verstrikt raken en onherroepelijk zelf het slachtoffer worden. Overigens heeft links een verkiezingsstrijd lang lopen labbekakken over dit issue. Pas nu de stemmen verdeeld zijn, horen we van SP en PvdA weer een tegengeluid.

Wat hebben schakers het dan toch gemakkelijk. Wij spelen in een denkbeeldige wereld waar de regels helder zijn. En als dat voor onze fantasietjes handig is, maken we een uitstapje naar het ‘sprookjesschaak’. Fairy chess zoals het internationaal bekend staat, is een discipline die alleen door een kleine groep probleemcomponisten wordt beoefend. Het is een verzamelnaam voor allerlei schaakvarianten vaak met figuren met een andere loop, of met cilindrische of oneindige schaakborden. Ook de andere regels, of zelfs het doel van het spel, kunnen min of meer naar believen worden aangepast aan het idee dat de componist wil uitdrukken.

Uiteraard zijn ook in het Sprookjesschaak conventies ontstaan. Voor vredelievende types hebben de probleemcomponisten het zogenaamde helpmat ontwikkeld, waarbij wit zwart moet helpen om zich zo snel mogelijk mat te laten zetten. Hoe spitsvondiger, hoe mooier. Voor degenen zonder respect voor het leven bedachten de probleemschakers het zelfmat.


In dit zelfmat van de Boxtelse componist Gerard Smits kan wit zwart meteen op vier verschillende manieren matzetten. Maar dat is niet de bedoeling. Hier moet wit zwart dwingen om wit mat te zetten. En zwart moet zich daar met hand en tand tegen verzetten. Opgave 149: wit dwingt zwart om hem in drie zetten mat te geven.


Opgave 148 kwam uit een partij tussen Tom van Stiphout en Huub van Dongen uit de interne competitie van Dubbelschaak. Zwart probeerde als laatste trucje: 1. … f4-f3+. Wit deed 2. Dxf3 maar dan is het na bijvoorbeeld 2. … Dh2+ 3. Txh2 remise door pat. 2. Kxf3 Dg4+ 3. Ke3 De6+ is ook niet goed. Wit ontkomt niet aan eeuwig schaak. Wit had moten voortzetten met 2. Ke3! Dc1+ 3. Dd2 Dg1+ of Dc5+ 4. Kxf3+ en wit wint gemakkelijk.

Commentaar en opmerkingen kunt u plaatsen in 'comment'. Heel simpel, gewoon 'other' of 'anonymous' aanvinken. Ook de oplossing van het probleem van de week kunt u onder 'comment' plaatsen. U vindt er zelfs een hint.