donderdag 5 februari 2009

Spelregels

In de schaaksport heeft de scheidsrechter zelden iets te doen. De spelers zetten keurig om de beurt. De scheidsrechter zit aan een apart tafeltje, waar hij een boek leest of een cryptogram oplost. Pas in de tijdnoodfase, als de spelers in grote haast hun zetten doen, komt hij even kijken. Maar ook dan gebeurt er zelden iets dat de spelers niet zelf oplossen. Als de scheidsrechter echter wel in moet grijpen, is het meteen goed mis.

Vorige week dinsdag liepen de emoties in het clublokaal van Dubbelschaak hoog op. Tot een handgemeen kwam het niet, maar er vielen rake woorden. Er was duidelijk gezondigd tegen de spelregels. De scheidsrechter stond erbij en keek ernaar. Maar niemand wist wat hij zou moeten besluiten. Wat was er aan de hand?

Het was nacht. De Petrustoren had net twaalf uur geslagen en de KNSB-bekerwedstrijd tussen Dubbelschaak en Groesbeek was na een spannende avond schaak geëindigd in 2-2. In zo’n geval moeten vier snelschaakpotjes met slechts vijf minuten bedenktijd de beslissing brengen. Zouden die ook in 2-2 eindigen, dan was Dubbelschaak, wegens een overwinning op het eerste bord, geplaatst voor de volgende ronde. En daar zag het naar uit, want bij een stand van 2-1 voor Groesbeek was Guido Jansen enkele zetten verwijderd van mat. Op dat moment overschreed Jansen echter als eerste de toegestane bedenktijd. Maar zijn tegenstander zag dat niet en speelde door. Mat geeft in zo’n geval de doorslag, maar voordat het zo ver kwam, riep een andere Groesbeek-speler, nota bene de teamcaptain: “Vlag!”. Dat is schaakjargon voor tijdsoverschrijding.

Zoiets is een doodzonde in het wedstrijdschaak. Het lijkt nog het meeste op voorzeggen. Maar wat moet de scheidsrechter doen? De Groesbeker die de regel overtrad, was zelf al uitgespeeld. Volgens de spelregels moet hij daarna beschouwd worden als toeschouwer. En voor toeschouwers is de sanctie hooguit dat ze uit de zaal worden gezet. Zijn actie had de kansen van Jansen en daarmee van Dubbelschaak natuurlijk wel om zeep geholpen, maar in de spelregels kon niemand een rechtvaardiging vinden om de partij voor Groesbeek verloren te verklaren. Een tijdstraf slaat nergens op als alles slechts om secondes gaat. Overspelen is nauwelijks een optie na middernacht als de tegenstander nog terug moet naar Groesbeek. Maar wat dan?

Uiteindelijk nam de scheidsrechter geen beslissing. In overleg met de spelers en hun teams werd besloten de zaak voor te leggen aan de competitieleider van de KNSB. Die heeft het er kennelijk ook maar moeilijk mee, want nu, anderhalve week later, is er nog steeds geen officiële uitslag bekend. Wie weet valt het nog gunstig uit. Maar ik vrees het ergste.


In de partij tussen Huub van Dongen en Wim Molenkamp aan het eerste bord van de hierboven beschreven wedstrijd staat wit na 1. … Pd4 2. Pxd4 exd4 3. Dd3 uitstekend. Zwart had echter op de tussenzet 1. … Lg4xf3 gerekend. Hoe forceerde wit nu de winst?


Opgave 255 van vorige week: in Mecking-Rocha, Mar del Plata 1969, volgde 1. Dd7-d1! Db2xc3 2. Ta1-b1+ Kb8-a7 3. Dd1-d4+!! Dc3xd4 4. Pe5xc6 mat.

Alle informatie over het schaken in Boxtel vindt u op dubbelschaak.nl.

Geen opmerkingen: