donderdag 10 april 2008

Herhaling van zetten

“De regering liegt.”
“Nee, Wilders liegt.”
“De regering liegt.”
“Nee, Wilders liegt.”

Op dit moment kan een schaker de klok stilzetten. De wedstrijdleider halen. En verklaren dat hij van plan is om opnieuw “De regering liegt” te spelen. Er ontstaat dan drie keer dezelfde stelling met dezelfde speler aan zet. De scheidsrechter moet daarop de partij remise verklaren. Zelfs als de regeringspartij met 141-9 voorstaat.

In een recente schaakpartij tussen Stef Soors en Benjamin Bok uit de wedstrijd van Stein tegen Veldhoven kwam een stelling op het bord waar beide spelers niet met goed fatsoen zetherhaling uit de weg konden gaan. Ze hadden echter helemaal geen zin in remise. Gevolg: de zetten werden tot twintig keer toe herhaald. Het leek wel politiek.

Overigens is de uitdrukking ‘herhaling van zetten’ niet afkomstig uit de schaakreglementen. Daarin is sprake van ‘drie keer dezelfde stelling met dezelfde speler aan zet’. Bovendien wordt er nog op gewezen dat de mogelijkheden om met de stukken te spelen dezelfde moeten zijn. Dat is niet altijd het geval. Een speler kan immers het recht om en passant te slaan of te rokeren verliezen.

Tim Krabbé geeft in zijn boek Schaakcuriosa een mooi voorbeeld. Hij laat een partij beginnen met 1. h4 h5 2. a4 a5 3. e4 e6 4. e5 d5 en schrijft: “De stelling waar het om gaat is voor de eerste maal ontstaan. (…) 5. Le2 Le7 6. Lf1 Lf8, de tweede maal. 7. Df3 Dd7 8. Dd1 Dd8 de derde maal. Dat ik hier de dames in plaats van de lopers heb laten heen en weer gaan is demonstratief, want de bekende term ‘zetherhaling is verwarrend; het gaat om stellingsherhaling (…). Remise mocht zwart nog niet eisen.” De eerste keer dat de stelling op het bord kwam mocht wit immers en passant slaan.

Vervolgens herhaalt Krabbé de stelling door een keer de witte koningstoren heen en weer te spelen, waarmee wit het recht verliest kort te rokeren. Die inhoudelijk nieuwe stelling kan ook weer worden herhaald. En vervolgens doen we hetzelfde met de lange rokade en de beide zwarte rokades. Pas als de stelling voor de twaalfde keer op het bord staat, kan remise worden geclaimd. Maar zoals Stef Soors en Benjamin Bok bewezen, hoeft dat natuurlijk niet. Hoe lang zouden Balkenende en Wilders het volhouden?


Opgave 216 komt uit het Nederlands kampioenschap dat op dit moment wordt gespeeld: zwart speelt en wint.


Opgave 215 kwam uit de competitiepartij Leo Wijnhoven-Huub van Dongen uit de wedstrijd tussen Pion Groesbeek en Dubbelschaak. Zwart won met 1. … f6-f5! (eerst 1. … Txa1 is ook goed). Er dreigt zowel damewinst met Pxg4+ als stukwinst. Er volgde nog 2. Ta1xb1 Db6xb1 3. Dc3-e3 (3. Pd2 Pxg4+ 4. hxg4 Lxc3 5. Pxb1 Lxa5) 3. ... f5xe4 4. De3xg5 (Of 4. Lxe4 Df1! 5. Lg2 Pf3+! en wint) 4. ... Pe5-f7! en wit gaf op. Als de dame de penning van Lg7 opgeeft, volgt Le5+.

Onder 'reacties' (gewoon even erop klikken onder dit bericht) kunt opmerkingen kwijt en natuurlijk de oplossing van de opgave van de week. Als u zelf geen blogger bent, kunt u 'anoniem' inloggen, maar zet er dan wel even je naam bij; volledig anonieme reacties worden verwijderd.

Geen opmerkingen: