Door Huub van Dongen
Vorige week raadde ik u aan voor de vakantie een sleutelboek te lezen dat zelf alle sloten al ontsloot. Deze week wil ik het geheimzinniger houden. Wat u beslist moet lezen deze zomer is Connie Palmen’s Lucifer, een roman waarin bijna alle personages gebaseerd zijn op de kunstenaars op leeftijd die al sinds jaar en dag het grachtengordelcircuit domineren. Who’s who? That’s the question! Ik zou u willen uitnodigen uw bevindingen te delen in de commentaren op het weblog waarin deze rubriek verschijnt.
Voor de hoofdpersoon van het boek, de componist Lucas Loos, heeft Peter Schat model gestaan. Schat’s vrouw, de actrice Marina Schapers (Clara in het boek), is in 1981 onder nooit opgehelderde omstandigheden op een Grieks eiland in een ravijn gevallen. Connie Palmen speelt rond dit gegeven met fictie en werkelijkheid en creëert zo een smakelijke parodie op een thriller. Maar wat het boek vooral hilarisch maakt, is de manier waarop het kunstenaarswereldje rond de hoofdpersonen is geportretteerd. Heel intellectueel en artistiek Nederland wordt neergesabeld. De twee meest cartooneske rollen maken het zelfs opportuun een schaakrubriek aan Lucifer te wijden: Aaron Keller, een klein mannetje met een pijp, en Otto Griffioen, een grote dikke beer met veel praatjes, zijn duidelijk geportretteerd naar Harry Mulisch en Hein Donner.
Zelden zijn in een boek twee gerenommeerde persoonlijkheden zo afgezeken als Donner en Mulisch. Ze worden niet alleen afgebeeld als Sherlock Holmes en Watson, maar worden zelfs “de intellectuele Laurel en Hardy” genoemd. Otto/Donner wordt pas halverwege het boek geïntroduceerd. Zijn rol is klein, maar even brutaal en gedurfd als die van Connie Palmen als schrijfster van het boek. Nadat het nieuws van Clara’s val in Amsterdam als een lopend vuurtje is rondgegaan, verzamelt de beau monde zich in kunstenaarssociëteit De Kring. Iedereen is onder de indruk en heeft het beklemmende gevoel dat er iets niet pluis is. Was het een ongeluk? Maakte Clara een einde aan haar leven? Of heeft Lucas Loos, die continu openlijk heftige en choquerende ruzies uitvocht met z’n vrouw, het toeval een handje geholpen. Iedereen denkt het, maar niemand durft voor zichzelf dergelijke vermoedens toe te geven, laat staan er over te praten. En dan dendert Otto/Donner binnen, luid trompetterend: “Crime passionel, we krijgen die calvinistische vlegel wel vrij!”
Opgave 180 is een vervolg op de opgaves van de afgelopen twee weken. Opnieuw zijn alle stukken een veld naar boven geplaatst en weer luidt de opdracht: wit neemt één zet terug en geeft vervolgens mat.
In de stelling van opgave 179 neemt wit 1. b4x pion c5 terug en speelt ‘statt dessen’ 1. d5xc6 en passant mat!
Onder 'comments' kunt opmerkingen kwijt en natuurlijk de oplossing van de opgave van de week. U vindt er ook een tip. Gewoon inloggen als 'anonimous' of 'other' als u tenminste zelf geen blogger bent.
Onder 'comments' kunt opmerkingen kwijt en natuurlijk de oplossing van de opgave van de week. U vindt er ook een tip. Gewoon inloggen als 'anonimous' of 'other' als u tenminste zelf geen blogger bent.
1 opmerking:
Na de opgave van de vorige week, heeft u voor opgave 181 waarschijnlijk geen tip meer nodig.
Wél interessant is een lijstje met de namen in fictie en werkelijkheid. Who's who?
Lucas Loos verbeeldt Peter Schat.
Clara Wevers weerspiegelt Marina Schapers.
Bella Basten is gebaseerd Kitty Courbois.
Gilles Boon is het evenbeeld van Hugo Claus. Claus' boek "Het jaar van de kreeft" is geïnspireerd door zijn relatie met Kitty Courbois net zoals Gilles in "Lucifer" een boek schreef over Bella. Bella en Clara kunnen de titel niet over hun lippen krijgen en noemen het: "Het Boek".
Aaron Keller is Harry Mulisch. En Otto Griffioen is diens aartsvriend Hein Donner. Maar Keller en Griffioen zijn beslist ook een parodie op Max Delius en Onno Quist, de romanfiguren die Mulisch zelf gebruikte om zijn vriendschap met Donner te vereeuwigen.
Tot hier is het lijstje min of meer onbetwistbaar. Op internet, ongeveer de meest onbetrouwbare bron voor goede informatie, is nog te vinden dat Puck Baal de fictieve verbeelding van Annemarie Grewel zou zijn. Zou kunnen, maar dat kan ik niet beoordelen. En Herman de Vos, die "der Bub" of "Bubi" wordt genoemd zou W.L. Brugsma zijn die ook in de werkelijkheid "Boebie" werd genoemd. Volgens een andere bron is "Bubi" Max Pam. Beide veronderstellingen lijken me onwaarschijnlijk. Het is eerder iemand als Reinbert de Leeuw, Louis Andriessen, Mischa Mengelberg of Jan van Vlijmen, stuk voor stuk componisten en musici waar schat mee samengewerkt heeft en die beslist in het boek voorkomen, maar die ik niet kan identificeren omdat ik te weinig van hen weet.
Heeft u nog suggesties? Schroom niet om een commentaar up te loaden om de lijst aan te vullen!
Een reactie posten